Padua of Padova, een van de belangrijkste kunststeden in Italië,
is waarschijnlijk bekender als de stad van Sint-Anthonius, of als de
economische hoofdstad van Venetië.
De 3000-jarige geschiedenis van de stad is terug te vinden in het stadsbeeld
van Padua, dat ooit als een vissersdorp begon. In de 4e eeuw v. Chr.
groeide het dorp uit tot het belangrijkste centrum voor de Venetiërs.
Patavium, dat met de Romeinen tegen de Galliërs streed, werd vanaf
45 v. Chr. een municipium. Het was een van de welvarendste steden van
het Romeinse rijk.
Helaas zijn er na de verwoesting van de stad in 602 door de Longobarden
maar enkele overblijfselen bewaard gebleven uit de Romeinse tijd: de
ruïnes van het grote amfitheater, enkele bruggen en de kostbare
bewijzen die nog in het stadsmuseum te zien zijn. De stad herstelde
zich maar langzaam.
Familie Carrara.
In de 12e eeuw is Padua een vrije stadstaat. In de twee daaropvolgende
eeuwen ontwikkelt de stad zich snel, en onder de heerschappij van de
familie Carrara (1338-1405) bereikt zij het hoogtepunt van haar politieke
macht, waarbij zij haar gezag uitbreidt tot een groot deel van centraal
Venetië. Het was een tijd van buitengewone economische en culturele
activiteit die onuitwisbare sporen naliet op de stad: de middeleeuwse
stadsmuren, de grote kerkelijke en openbare gebouwen en de stichting
van de universiteit (1222), de tweede in Italië, die docenten en
studenten uit de hele wereld aantrok. Het artistieke panorama wordt
gedomineerd door de schilder Giotto die met de decoratie van de Scrovegnikapel
in Padua zijn meesterwerk creëerde. De grote Florentijnse meester
wordt gevolgd door Guariento, Altichiero en Giusto de’ Menabuoi
die een prachtige serie fresco’s schilderde. De verlichte heerschappij
door de familie Carrara eindigt in 1405 als Padua wordt opgenomen in
het vastelandgebied van Venetië. Maar de artistieke superioriteit
blijft gedurende de eerste helft van de 15e eeuw bestaan dankzij Donatello
en Montegna.
Serenissima.
In de 16e eeuw ondergaat Padua, onder de regering van de Serenissima
(d.w.z. de Republiek Venetië), een grote vernieuwing. De stad wordt
omgeven door een enorme ring van vestingmuren die de definitieve vorm
van de stad vastleggen. Er verrijzen nieuwe openbare gebouwen en majestueuze
kerken. De universiteit beleeft hoogtijdagen: onder de docenten bevindt
zich bijvoorbeeld Galilei. Prato della Valle.
Met de aanleg van het magische decor van het Prato della Valle aan het
einde van de 18e eeuw eindigen vier eeuwen heerschappij door Venetië.
Na Napoleon valt Padua toe aan Oostenrijk totdat het wordt geannexeerd
door het koninkrijk Italië (1866).
Kenmerkende structuur.
Ondanks vernielingen door oorlogen en door enkele ingrepen die van weinig
eerbied voor de omgeving getuigen, heeft Padua haar kenmerkende structuur
goeddeels weten te behouden: een wirwar van straatjes met arcades en
monumentale pleinen, bescheiden huizen en imposante gebouwen. Deze compacte
stad huisvest vele mooie schatten. Aan de bezoeker de uitdaging ze te
ontdekken.
Scrovegni-kapel.
Het oude Romeinse amfitheater (de Arena) omringt de Scrovegnikapel die
de volledig intact gebleven serie fresco’s van Giotto (1303-1305)
bevat. Het is een van de grootste monumenten aller tijden van figuratieve
kunst.
Stadsmuseum.
In het nabijgelegen stadsmuseum, ingericht in het voormalig Augustijnse
heremietenklooster, kunnen waardevolle archeologische vondsten, die
teruggaan tot de Oudvenetiaanse, Romaanse, Etruskische en Oudchristelijke
tijden, zeldzame muntverzamelingen en beroemde, in de 14e tot 19e eeuw
gemaakte werken, worden bekeken. Hiertoe behoren het crucifix van Giotto
en de Gewapende Engelen van Guariento.
Heremietenkerk.
In de nabijgelegen Heremietenkerk, gebouwd in de tweede helft van de
13e en het begin van de 14e eeuw, is een prachtig houten plafond van
broeder Giovanni degli Eremitani bewaard gebleven, evenals vele grafmonumenten.
In het presbyterium van de kerk, die bij een luchtbombardement in 1944
zwaar beschadigd werd, zijn nog enkele fresco’s van Guariento
(1368-1370) te zien en in de kapel van Ovetari kunt u enkele vroege
meesterwerken van André Mantegna (1448-1457) bewonderen.
Palazzo della Ragione.
Het in 1218 door de gemeente Padua als zetel voor de podesta (stadsbestuurder)
en het gerechtshof ingerichte Palazzo della Ragione werd in 1306 vermetel
verhoogd door Fra’ Giovanni degli Eremitani. Op de begane grond
en op de drie aangrenzende pleinen worden al eeuwenlang dagelijks levendige
markten gehouden. De bovenverdieping van het paleis wordt gevormd door
een enkele, zeer grote (81x 27m) zaal. De muren zijn versierd met een
serie fresco’s met astrologische onderwerpen (1425-1440). Achter
in de zaal bevindt zich een gigantisch houten paard, een kopie van het
paard van “Gattamelata” van Donatello.
Klokkentoren.
De klokkentoren, aan de westzijde van het Piazza del Signori, dateert
uit de 16e eeuw en was de zetel van de Capitanio (een van de twee uit
Venetië afkomstige gouverneurs). In het centrum is de mooie Falconetto-poort
te zien, waar de in 1427 tot 1437 herbouwde toren met een astronomisch
uurwerk bovenuit steekt.
Kathedraal.
Michelangelo werkte mee aan het ontwerp voor de huidige kathedraal die
tussen de 16e en 18e eeuw werd gebouwd. In de Sacristie van de Kanunniken
zijn veel belangrijke schilderingen en mooie beeldhouwwerken van de
hand van de Toscaanse kunstenaar Giuliano Vangi te zien evenals een
waardevolle collectie. De in de 12e eeuw in Romaanse stijl gebouwde
kerk onderging in 1260 wijzigingen en werd gewijd aan Johannes de Doper.
De Florentijnse schilder Giusto de’ Menabuoi schilderde er een
prachtige en de meest complete serie fresco’s (1375 tot 1378).
Het meesterwerk werd onlangs gerestaureerd waarbij het de oorspronkelijke
pracht terugkreeg. De serie begint met het heerlijke Paradijs en gaat
verder met de verhalen van Johannes de Doper, Maria, het Lijden, de
Dood en Opstanding van Christus.
Palazzo del Bo.
Deze grote groep gebouwen, die tussen 1542 en 1601 verrees met moderne
toevoegingen uit de periode van 1920 tot 1940, is de hoofdzetel van
de in 1222 gestichte universiteit. Bijzonder interessant zijn het Oude
Binnenhof (midden 16e eeuw) van Andrea Moroni, de Zaal van Veertig met
de stoel van Galilei, die van 1592 tot 1610 in Padua doceerde, de Aula
Magna vol wapens en decoraties en het beroemde Anatomische Theater van
G. Fabrici d’Acquapendente, het oudste van de wereld (1594). De
Caffé Pedrocchi is een ingewikkeld neoklassiek gebouw met een
flamboyante gotische ‘gril’ van de architect Giuseppe Jappelli
(1831). Het is een zeldzaam en origineel voorbeeld van een gebouw met
meerdere doeleinden. Het was een beroemde ontmoetingsplek van wetenschappers
en het toneel van de studentenopstand in 1848.
Sant’Antonio.
Met de bouw van de basiliek Sant’Antonio werd onmiddellijk na
de dood in 1231 van Santo begonnen en de voltooiing vond plaats aan
het begin van de daaropvolgende eeuw. Het is een imposant gebouw in
Romaans-gothische stijl met 8 koepels en oosterse klokkentorens. Hier
bevindt zich het lichaam van Sint-Anthonius. In de hele wereld worden
pelgrimstochten naar deze plek georganiseerd.
Onder de vele kunstwerken noemen we de fresco’s van Altichiero
en Giusto de’ Menabuoi (eind 14e eeuw); de Crucifix, sculpturen
en bronzen basreliëfs van het Hoogaltaar, voortreffelijke werken
van Donatello (1444-1448). Verder het Altaar van de Heilige en de Schatkapel.
Naast de basiliek verheffen zich het oratorium van Sint-George, dat
een aanzienlijke serie fresco’s van Titiaan (1511) bevat, en het
Antoniani-museum. Op het plein staat een bronzen ruiterbeeld van Gattamelata,
het meesterwerk van Donatello dat hij in 1453 voltooide.
Orto dei Semplici.
De botanische tuin, in 1545 gesticht als “Orto dei Semplici”
(tuin met medicinale planten) van de medische faculteit, bevat een grote
verzameling zeldzame planten, de oude bibliotheek en de botanische verzameling
van de universiteit. Prato della Valle, de traditionele plaats voor
markten en vertier, was een oud Romeins theater. De moerassige grond
van Prato werd in 1775 in opdracht van Andrea Memmo, procurator van
Venetië, drooggelegd. Hij was het die het plein zijn huidige monumentale
uiterlijk gaf: een groot elliptisch groen eiland dat door vier wegen
met vier bruggen wordt doorsneden en door een kanaal waarlangs 78 beelden
van beroemde personen staan is omringd. Tegenover Prato della Valle
staat de Santa-Giustinabasiliek.
De enorme kerk met acht koepels werd in de 16e eeuw gebouwd op een plaats
waar zich oude heiligdommen bevonden. Het indrukwekkende interieur bevat
vele kunstwerken waaronder het Grote Koor en het grote altaarstuk van
Veronese dat het martelaarschap van Sint Giustina (1575) voorstelt.
Vestingwerken.
Vestigingmuren en poorten. De eerste muren werden in de periode van
de stadstaten gebouwd en liepen langs de Bacchiglione en de bevaarbare
kanalen die het Romeinse eiland begrensden. Er zijn nog enkele muren
en twee van de 19 poorten te zien: Porta Altinate en Porta Molino. Nieuwe
muren werden in de Carrare-periode gebouwd waarbij stadsuitbreidingen
en grote tuinbouwvelden die buiten het Romeinse eiland lagen, werden
geïntegreerd. Dankzij haar strategische ligging werd de stad door
de Serenissima verder versterkt met een nieuwe stadsmuur die tussen
1513 en 1544 werd gebouwd. De verdedigingsgordel was ongeveer 11 km
lang en bevat een twintigtal, goed bewaarde bastions. Interessant zijn
ook de Venetië-poort of de Portello die in 1519 volgens een ontwerp
van Guglielmo Bergamasco werd gebouwd, de S. Giovanni-poort (1528) en
de Savonarola-poort (1528), beide werken van G.M. Falconetto.
Prato della Valle
Basilica di S.Antonio
Orto Botanico
Palazzo del Bò (università)
Caffè Pedrocchi
Palazzo della Ragione
Cappella degli Scrovegni (Giotto)
Cappella degli Scrovegni (Giotto)
Chiesa degli Eremitani (Guariento -Mantegna)
Cappella Carrarese (Guariento)
Basilica S.Antonio (J.Avanzo – Altichiero – G.de
Menabuoi)
Scuola del Santo (Tiziano e altri)
Battistero Cattedrale (Giusto de Menabuoi)
Palazzo Vescovile (B. Montagna)
Palazzo della Ragione (N.Miretto – Stefano da Ferrara)
Scoletta del Carmine (Campagnola e altri)
Basilica S. Giustina (530 d.c.)
Basilica S. Antonio (1232)
Cattedrale del Duomo + Battistero (1500)
Chiesa di S. Francesco Grande (1416)
Chiesa S. Sofia (1116 ex tempio romano)
Chiesa S. Nicolò (sec. XII)
Basilica del Carmine (su strutt. del trecento)
Agriturismo Elfiò Tavo di Vigodarzere
(PD)
Agriturismo Gallo Nero Arlesega di Mestrino (PD)
Agriturismo Le 4 Rose Vescovana (PD)
Casa Pisani S. Pietro Viminario (PD)
Provincie Padua.
De provincie Padua beschikt over een groot artistiek, cultureel en natuurlijk
erfgoed. De opkomst en groei van deze streek zijn verbonden met de uitstekende
ligging, gekenmerkt door de vele rivieren. Het zuidwesten van de provincie
wordt gedomineerd door het groene landschap van de Colli Euganei, waarvan
de flora ongetwijfeld een van de opvallendste natuurlijke aspecten van
de streek rond Padua is. De schoonheid van de heuvels trok de dichter
Francesco Petrarca aan die zijn laatste dagen doorbracht in een huis
dat u kunt bezoeken. In de heuvels staan vele kloosters, heiligdommen,
kastelen en landhuizen. Met name het S. Pelagio-kasteel, het Catajo-kasteel
en het Cini-kasteel zijn de moeite waard. Thermische bronnen.
In de lagere delen van de heuvels zijn zeer veel thermische bronnen
te vinden waardoor Abano en Montegrotto bloeiende centra van wereldberoemde
moddertherapieën werden. Provincie steden.
Een bezoek waard zijn met name de ommuurde steden Monselice, Este, Montagnana
en Cittadella, oude gebieden van de Carrara-dynastie die in de 14e eeuw
in Padua de scepter zwaaiden. In deze steden zijn de middeleeuwse muren
met torens, die in het verleden dienden als forten, in bijna perfecte
staat bewaard gebleven. Er zijn bovendien twee belangrijke gebeurtenissen
die u niet mag missen: de Palio in Montagnana (eerste zondag van september).
Het gaat om een paardenrace die sinds de 14 eeuw wordt gehouden om het
einde van de wrede tirannie van Ezzelino III da Romano te vieren en
de Giostra della Rocca in Monselice (derde zondag van september). Landhuizen.
In de provincie Padua zijn enkele zeer mooie landhuizen uit de 16e en
17e eeuw te bewonderen. Sommige zijn door beroemde architecten gebouwd
zoals de villa Pisani in Montagnana en de villa Cornaro in Piombino
Dese door Andrea Palladio, villa Garzoni-Carraretto in Pontecasale door
Sansovino en Villa dei Vescovi in Luvigliano door Falconetto.
Het noordelijke deel van de provincie is rijk aan kanalen en vruchtbare
velden. Uit de weelderige vegetatie van parken en tuinen rijzen enkele
van de prachtigste Venetiaanse villa’s omhoog: Villa Contarini
in Piazzola sul Brenta, Villa Marcello in Levada, Villa Imperiale in
Galliera Veneta, Villa Polcastro Wollembourg in Loreggia met een prachtig
park dat door Giuseppe Jappelli werd ontworpen en ten slotte de Villa
Cornaro in Piombino Dese, het meesterwerk van Palladio.
Het zuidoosten van de provincie is vooral vanuit landschappelijk oogpunt
gezien van belang. Het is de perfecte streek voor degene die de oude
wortels van de Venetiaanse beschaving wil herontdekken, met name de
culturele en de boerentradities. Padua is een goed vertrekpunt voor
de ontdekking van de mooie omgeving van Venetië: de kunststeden
(Venetië, Verona, Vicenza, Treviso en Rovigo) de bronnen, de stranden,
de bergen het Gardameer en de Povlakte.